31 december 2024
1 min leestijd
Arnout Meijer is een kunstenaar die zich al jarenlang bezighoudt met de complexe relatie tussen licht, technologie en menselijke waarneming. Voor het Amsterdam Light Festival creëerde hij Mirror Moon, een kunstwerk dat de cycli van de maan visualiseert en een nieuwe blik biedt op een van de oudste rituelen die we kennen: het observeren van de maan. CJP sprak met hem over zijn inspiratie, zijn creatieve proces en welk advies hij voor jonge kunstenaars heeft.
"Wat me vooral intrigeert, is dat we allemaal dezelfde maan zien, maar dat die er voor iedereen anders uitziet."
Wat inspireerde je om Mirror Moon te maken?
“Mijn werk draait altijd om licht en hoe we dat waarnemen,” begint Arnout. “Ik ben gefascineerd door natuurlijk licht, omdat het op het eerste oog statisch lijkt, maar juist continu veranderd en soms enorm kan verrassen. Die fascinatie heb ik ook voor de maan. Wat me vooral intrigeert, is dat we allemaal dezelfde maan zien, maar dat die er voor iedereen anders uitziet, afhankelijk van waar je bent. Op het zuidelijk halfrond is de maan bijvoorbeeld gespiegeld ten opzichte van hoe wij hem hier zien. Dat idee wilde ik verwerken in Mirror Moon.”
Het kunstwerk bestaat uit vier manen, elk gebaseerd op waarnemingen vanuit een andere plek op aarde. Arnout legt uit: “De maan is door de geschiedenis heen overal ter wereld aanbeden en heeft een sterke band met rituelen. En rituelen is het thema van deze editie van het Amsterdam Light Festival . “Met Mirror Moon wilde ik die verschillende perspectieven samenbrengen, als een symbool van verbinding. De maan is iets wat we met z’n allen delen, ongeacht waar je vandaan komt.”
"Licht kun je niet boetseren zoals klei."
Heb jij zelf een ritueel met de maan?
“Ja, er schiet me nu wel een persoonlijk ritueel te boven”, zegt Arnout. “Ik herinner me nog goed de avond dat ik verhuisde. Het was in november, steenkoud en een volle maan. In de maanden daarna hield ik bij hoeveel volle manen er voorbijgingen. Eerst dacht ik: ik woon hier nu zes volle manen, later zeven. Op een gegeven moment raak je de tel kwijt, maar bij elke volle maan denk ik even aan die avond. Het werd een soort persoonlijk ritueel, en dat is eigenlijk een klein voorbeeld van hoe de maan je leven kan markeren.”
Wat maakt lichtkunst zo bijzonder?
“Voor mij gaat lichtkunst over wat je ziet en hoe je dat waarneemt,” legt Arnout uit. “Het roept vragen op als: wat is echt, wat is waarheid? Dat fascineert me, omdat het raakt aan hoe we de wereld begrijpen. Tegelijkertijd heeft licht ook iets heel lichamelijks. In elke cultuur of tijd, of bij vele diersoorten wordt er gereageerd op de zon of de maan. Licht is universeel.”
Lichtkunst heeft daarnaast een technologische kant, zegt hij. “Licht kun je niet boetseren zoals klei. Er zit altijd een technische component aan; het moet werken. Dat maakt het medium spannend: het beweegt zich tussen het menselijke en het technologische, het sensorische en het analytische. Die veelzijdigheid is wat mij aantrekt.”
"Bij Mirror Moon draait het uiteindelijk om wat mensen ervaren en hoe het hen raakt.
Hoe combineren kunst en technologie zich in jouw werk?
Arnout studeerde Industrieel Ontwerpen aan de TU Delft en volgde daarna een opleiding aan de Design Academy in Eindhoven. “Delft was analytisch en technisch, terwijl de Design Academy juist draaide om het sensorische en lichamelijke, wat je ervaart. Die combinatie past bij mij, omdat ik het interessant vind om verschillende kanten te verkennen. Mensen bestaan ook uit allerlei aspecten, en dat zie je terug in mijn werk.”
Bij Mirror Moon komt die balans tot uiting. “De technologie in mijn werk is altijd dienstbaar aan de ervaring. Ik hou niet van technologie om de technologie zelf. Het moet een verhaal vertellen of een reden hebben. Bij Mirror Moon draait het uiteindelijk om wat mensen ervaren en hoe het hen raakt.”
Heb je advies voor jongeren die kunst willen maken?
"Het begint met dingen maken, creëren, knutselen," vertelt hij. "Ik zie dat bijvoorbeeld bij mijn zoontje van vijf, die dingen bouwt en knutselt. Soms verlies ik mezelf ook in zo'n knipselwerk, simpelweg door met hem mee te doen. Het plezier van creëren ligt altijd aan de basis."
Maar Arnout heeft ook ander advies, iets wat hij zelf altijd ter harte heeft genomen. "Het komt uit het boek 'Playing to the Gallerry' van Grayson Perry, een kunstenaar en schrijver die bijvoorbeeld de Turner-Prize heeft gewonnen. Perry vergelijkt kunst maken met een busreis. Wanneer je begint, bijvoorbeeld op de kunstacademie, stap je in een bus. Iedereen rijdt een bepaalde richting op, afhankelijk van wat ze gaan maken. Soms kun je onderweg twijfelen of je op de juiste weg zit en wil je overstappen maar Perry's advies is simpel: blijf in de bus zitten. Hoe verder je rijdt, hoe dieper je je onderwerp onderzoekt, en hoe groter de wereld van dat onderwerp wordt. Je werk wordt daardoor vanzelf onderscheidend en uniek."
Arnout vond dit altijd inspirerend. "Het benadrukt dat je door focus en verdieping werk maakt dat dicht bij jezelf ligt en daardoor het meest betekenisvol is."
"De wereld is enorm breed, maar wordt pas echt fascinerend wanneer je blijft graven en dieper ingaat op je eigen thema’s."
Ben jij in die bus blijven zitten?
“Ja, dat denk ik wel”, antwoord Arnout lachend. “Ik raakte gefascineerd door licht en begon me daar steeds meer op te focussen. Je zou kunnen denken dat dat een beperking is, omdat er zoveel andere dingen zijn die je kunt maken, maar ik zie het onderwerp licht als een lens. Eerst wordt je blik steeds nauwer, maar wanneer je door die lens kijkt, ontdek je dat er een wereld ontstaat die zich steeds verder verspreidt. Je gaat verbanden zien en associaties die je eerst niet opmerkte."
Arnout benadrukt dat zijn werk daarom niet alleen meer gaat over licht, maar ook over hoe je media waarneemt, de cultuur om je heen begrijpt en beeldvorming je kan misleiden. "Die verdieping heeft voor mij altijd deuren geopend. De wereld is enorm breed, maar wordt pas echt fascinerend wanneer je blijft graven en dieper ingaat op je eigen thema’s. Dat maakt kunst maken voor mij ontzettend inspirerend."
Wat hoop je dat mensen meenemen nadat ze even bij jouw manen zijn gestopt?
Arnout hoopt dat mensen de maan vanuit een nieuwe perspectief gaan bekijken. "We hebben allemaal wel eens momenten waarop de maan ons raakt. Soms is het simpelweg een kwestie van anders kijken, als bijvoorbeeld een volle maan net boven de horizon staat lijkt deze opeens veel groter. Of dat iemand denkt waarom lijkt de maan soms op de kop of zien we steeds maar dezelfde kant? Ik hoop dat mensen die ervaring kunnen hebben, dat ze de maan op een andere manier gaan zien. Het werk is niet iets dat je op een vaste manier moet ervaren, en ik begrijp dat niet iedereen hetzelfde gevoel kan hebben. Ik hoop juist dat er een persoonlijke connectie ontstaat, net zoals ik dat heb met de maan. Ik zou het mooi vinden als iedereen op zijn eigen manier datzelfde kan voelen."